Snertweer: zo maak je een oer-Hollandse erwtensoep

Recepten

De afgelopen dagen heeft het overdag gevroren in Nederland. Dat betekent logischerwijs schaatsgekte en de eerste meters op de schaatsbanen en natuurijs. En natuurlijk heb je ook genoeg mensen die het vooral ijzig koud vinden en het hebben over snertweer. Dat is niet voor niets, want als het in de winter vriest is er niks fijner om je op te warmen met een bord erwtensoep.

In de volksmond gebruikt iedereen erwtensoep en snert door elkaar en bedoelt men hetzelfde. Het is alleen zo dat je een pan erwtensoep volgens de kenners pas echt snert mag noemen als hij minstens een nacht heeft gestaan. Snert staat sinds 2018 ingeschreven als Nederlands immaterieel erfgoed. Zo is het traditionele gerecht ook vastgelegd.

Drie delen

Het maken van echte snert bestaat eigenlijk uit drie delen: wellen van de spliterwten (6 tot 8 uur), het daadwerkelijk maken van de soep en daarna het nachtje laten rusten van de erwtensoep. En wil je een traditionele soep maken, dan horen er een aantal ingrediënten altijd in: spliterwten, wortel, knol- en bladselderij, prei, ui, rund- en varkensvlees.

Traditioneel recept voor snert

Voor dit recept ben ik de geschiedenisboeken ingedoken en heb ik het verhaal van het immaterieel erfgoed bekeken waarin alle ingrediënten worden beschreven.

Ingrediënten

  • 500gr spliterwten
  • 350gr schouderkarbonade
  • 150gr ontbijtspek
  • 100gr katenspek
  • 1 runderschenkel (voor de bouillon)
  • 3 aardappels
  • 2 uien
  • 1 prei
  • 1 winterpeen
  • 1 (magere) rookworst
  • 1 laurierblaadje
  • 0,5 bosje bladselderij
  • 0,5 knolselderij
  • roggebrood
  • peterselie
  • peper
  • zout

Bereidingswijze

Deel 1

  1. Zet de spliterwten in een kom onder een laag koud water en laat ongeveer 6 tot 8 uur wellen.

Deel 2

  1. Giet de spliterwten af. Doe ze daarna in een grote soeppan. Voeg daar twee liter water, het laurierblaadje, het ontbijtspek, schouderkarbonade en runderschenkel aan toe. Breng dit alles op middelhoog vuur aan de kook. Wanneer de soep kookt, zet je het fornuis op laagvuur en laat je de soep anderhalf a twee uur trekken. Als er schuim om de soep komt, haal je dit weg met een schuimspaan;
  2. Dit is het moment dat de groenten erbij gaan. Dus halveer de prei in de lengte, spoel schoon en snijd in halve ringen. Pel de ui en snijd in grove stukken. Schil de aardappelen, wortels en knolselderij en snijd ze in blokjes. Voeg al de gesneden groente aan de soep toe;
  3. Laat dit alles zo’n 3 a 4 uur op laagvuur koken onder af en toe roeren.

Deel 3

Je mag natuurlijk alle drie de delen op één dag doen, dan sta je wel al vanaf ’s ochtends in de keuken. Zoals aangegeven is het pas echt snert als de soep een nachtje heeft getrokken. Dan heb je hem echt zo dik als je hem wil hebben.

  1. Als de soep goed op smaak is, haal je het laurierblad, de schenkel, karbonade en het ontbijtspek uit de soep. Het vlees snijd je in kleine stukjes en voeg je weer toe aan de soep. Datzelfde doe je ook met de bladselderij en peterselie;
  2. Verwarm de rookworst volgens de gebruiksaanwijzing;
  3. Mocht de snert te dik zijn geworden, kun je hem verdunnen met wat water. Anders is dit het moment om de rookworst in stukjes te snijden en toe te voegen en de snert af te maken met peper en zout;
  4. Serveer de snert met een plak roggebrood. Eet makelijk!
Wes van Geneijgen
Laatste berichten van Wes van Geneijgen (alles zien)